GroenLinks maakt zich al geruime tijd zorgen over de kwaliteit van het Zeeuwse spoor. Daarover stelden wij o.a. vragen op 11 april 2013 (zie bijlage). Het college antwoordde steeds geruststellend: “Er is derhalve niets misgegaan met de onderhoudsplanning en onze stellige indruk is dat ProRail wel degelijk zicht heeft op de onderhoudswerkzaamheden.” De Inspectie Leefomgeving en Transport denkt daar anders over. Leen Harpe stelde op 24 febr. jl. opnieuw vragen; ziehier de antwoorden van GS:

vervolg toelichting

Het Zeeuwse spoor scoort in het ILT-rapport niet best. De ILT concludeert dat de beheersing van de veiligheid een prominentere plaats moet krijgen in de aanbesteding en de uitvoering van het klein onderhoud van de spoorweginfrastructuur.

  1. Hoe beoordeelt u de betrouwbaarheid van de ProRail-mededelingen over het onderhoud van het Zeeuwse spoor?
    Het is de verantwoordelijkheid van de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) om de kwaliteit van het onderhoud aan het Zeeuwse spoor te toetsen. De mededelingen van ProRail zijn in lijn met de uitingen van de inspectie; daarom hebben we de indruk dat de mededelingen van ProRail betrouwbaar zijn.
  2. ProRail heeft naar aanleiding van de bevindingen van de inspectie op een aantal plaatsen snel maatregelen getroffen. Is dat ook in Zeeland het geval geweest, en zo: ja heeft ProRail u daarover geïnformeerd?
    Nee, er zijn in Zeeland geen snelle maatregelen genomen.
  3. Volgens de inspectie was er geen sprake van acuut gevaar. Dreigde dat in Zeeland wel, gezien de noodreparaties?
    De inspectie heeft geen acuut onveilige situatie aangetroffen en de veilige berijdbaarheid van het spoor is dan ook niet in het geding, ook niet in Zeeland.
  4. De conditie van de geïnspecteerde objecten is getoetst aan normen van ProRail zelf. Hoe kunt u dan tot de uitspraak / conclusie komen dat uw stellige indruk is dat ProRail zicht heeft op de onderhoudswerkzaamheden?
    Ons antwoord had betrekking op de indruk dat ProRail het onderhoud niet goed plant. Onze stellige indruk was, en is, dat ProRail wel degelijk zicht heeft op de (planning van) onderhoudswerkzaamheden.
  5. Voor wat betreft de OPC-norm (een oude contractvorm) is vooral Zeeland een uitschieter met betrekking tot overschrijdingen. Hoe is dat te verklaren?
    Aangezien wij geen directe betrokkenheid hebben bij genoemde contracten en normen, en ook niet bij het toezicht hierop, is het niet aan ons om verklaringen te geven voor constateringen van de ILT.
  6. Staatssecretaris mevrouw W.J. Mansveld stelt in haar brief d.d. 21 februari jl. aan de Tweede Kamer dat gebruikelijke procedures en werkwijzen opnieuw moeten worden ingericht, waarbij vooral de communicatie, o.a. richting reiziger, aandacht vraagt. Hoe kan dat in Zeeland vorm krijgen, dusdanig dat het vertrouwen in ProRail hersteld wordt?
    In het kader van de Lange Termijn Spoor-agenda worden overlegvormen vernieuwd en beter gestructureerd om tussen partijen betrokken bij het spoor en het regionaal openbaar vervoer de samenwerking te verbeteren. Onze verwachting is dat dit zal zorgen dat de reiziger beter kan worden geïnformeerd.
  7. Is er in de huidige omstandigheden sprake van een betrouwbaar en in alle opzichten veilig spoor?
    ILT heeft geen onveilige situatie op het spoor geconstateerd en is de organisatie die hierop toezicht houdt en hierover rapporteert.

............................................................................................................................................

In de media:

PZC: GroenLinks Zeeland zet vraagteken bij betrouwbaarheid ProRail
Omroep Zeeland: GroenLinks stelt vragen over het Zeeuwse spoor
spoorpro.nl: 'Provincie Zeeland liet zich afschepen over kwaliteit spooronderhoud'