Op 8 juni 2018 vond een Statenvergadering plaats waar de jaarrekening van 2017 op de agenda stond en de voorjaarsnota 2018. 

Hieronder kunt u lezen wat ons statenlid Gerwi Temmink daarover zei. Ook kunt u de antwoorden vinden die GS gaven op de door GroenLinks gestelde vragen

 

“Geen cent teveel hoor!” Met deze bekende kreet doet het Zeeuws Meisje het tot op de dag van vandaag goed. Kijken we naar de jaarrekening 2017 van Zeeland dan zouden we vanuit onze controlerende rol als PS snel klaar kunnen zijn. Immers met een positief resultaat van ruim 10 miljoen euro kan je concluderen dat we geen cent teveel uitgegeven hebben. Integendeel: we houden nog wat over.

In deze bijdrage wil de fractie van GroenLinks niet volstaan met de complimenten voor dit gedegen werk. Uiteraard zijn die op hun plaats voor al het werk dat verricht is om die cijfers – en de antwoorden op de vragen – zo keurig op een rijtje te krijgen. Waarvan akte. Maar het is goed wat dieper in te zoomen op de totstandkoming van dat resultaat.

Dat dit op positief uitkomt is vooral te danken aan verschuivingen in kredieten en de toestemming van het kabinet om de forse extra kostenpost voor de sanering van Thermphos na de Samsomdeal (27,7 miljoen euro) te mogen uitsmeren over 15 jaar. Gelukkig kon Zeeland daardoor investeren in o.a. Campus Zeeland, een aantal innovaties, wat wegen, bedrijventerreinen en de natuur. En konden we doorgaan met de grote projecten.

Die komen in de jaarrekening 2017 als eerst nog keurig gegroepeerd aan bod. Voor mijn fractie is dat handig. Temeer omdat uit de risicoparagraaf blijkt dat de grootste risico’s zich juist onder die grote projecten bevinden: Thermphos, Perkpolder en Waterdunen.

Herhaling mag dan de kracht van reclame zijn, de fractie van GroenLinks is minder gelukkig met een aantal jaarlijks terugkerende aandachtspunten.  Daarover heb ik vier vragen aan GS.

VRAAG: m.b.t. de Sloeweg. Is er ondertussen meer bekend over hoe het zit met de procedures rond het gebruik van AEC-bodem-as? Enig idee of wij in 2018 een definitieve uitspraak kunnen verwachten?

Antwoord GS: Geen zorg meer, uitvoering gaat inmiddels onbelemmerd door.

VRAAG: m.b.t. de Tractaatweg: is er zicht op of de concretisering van claims door de aannemer doorgezet gaat worden?

Antwoord GS: Geen zorg meer, uitvoering gaat inmiddels onbelemmerd door.

 

VRAAG: m.b.t. Waterdunen: is er zicht op afname van gronden door Molencate? GroenLinks ziet nog altijd kansen in dit mooie project, maar komt het spreekwoordelijke van uitstel komt afstel toch in beeld?

Antw. GS: Molencate kan door de vertraging van de inlaat (half jaar) nu nog niets, maar mocht zij andere plannen hebben dan waarvoor ruimte – lees kader – is gesteld, dan komen wij bij u terug.

 

VRAAG: wat Perkpolder betreft staan we voor een garantie van 3,3 miljoen euro aan de lat. Kan GS aangeven in hoeverre duidelijk is of Hulst hier een beroep op gaat doen?

Antwoord GS: garantie is inderdaad afgegeven onder voorwaarden; zo lang Hulst daar niet aan tornt blijft deze in tact. GS krijgt geen signalen waarom zij hieraan zouden moeten gaan twijfelen.

Het moge duidelijk zijn dat GroenLinks de ontwikkelingen rond de sanering van Thermphos uiterst nauwlettend zal blijven volgen. Want ook al is er nu een oplossing gevonden middels een driedeling van de lasten die risico’s blijven aanwezig!

Voorzitter, met uw goedvinden wil ik de diverse programma’s zo dadelijk graag betrekken bij de voorjaarsnota. Evenals onze kijk op het weerstandsvermogen en de maatschappelijke opgaven. Want daarin  ziet GroenLinks dwarsverbanden en kansen.

Eerst nog een vraag n.a.v. de financiële paragrafen.

 

VRAAG: Uit de cijfers valt op te maken dat vanuit ambtelijke inzet niemand boven de Balkenende-norm zit. Wie goed spit in het jaarverslag vindt ook de totaalsom die uitgegeven is t.b.v. GS. Bekend is dat de salarissen van GS-leden niet boven die WNT-normen uitkomen, maar kan omwille van de transparantie een volgende keer die totaalsom niet gesplitst worden in loonkosten voor GS en overige kosten?  

 

Dan de voorjaarsnota. Hoewel de toon nog steeds uitgaat van “geen cent teveel hoor” zit daar muziek in. Meer investeren blijkt mogelijk  dankzij o.a. de verwachte extra bijdragen vanuit de overige provincies. En de verhoogde motorrijtuigenbelasting. Dit ter compensatie van de weeffout uit het provinciefonds (totaal 3 jaar lang 10 miljoen extra per jaar). Een verhoogd accres (samen de trap op in dit geval) en een regio-enveloppe vanuit het Rijk vergroten de beschikbare middelen nog eens met tientallen miljoenen euro’s.

Toch stelt mijn fractie dat we boter op ons hoofd hebben wanneer we nu snel beginnen aan een inhaalslag om alle plannen die er liggen te gaan realiseren. Er wordt immers overvraagd. En het moet niet alleen van de provincie komen. Samenwerken met andere overheden en partners is het parool! Dat vereist keuzes en prioriteiten stellen. Mijn partij juicht het toe dat daarom de strategie voor de komende jaren helder verwoord is: werk samen als 1 overheid met die andere partners aan de maatschappelijke opgaven rond klimaat en energie, wonen, de regionale economie, een vitaal platteland, de leefbaarheid (in relatie tot de bevolkingsontwikkeling in Zeeland) en de kwaliteit van de Zeeuwse kust.

Breng bovendien eerst je Algemene Reserve weer op voldoende sterkte. Want die valt nu onder de weerstandsbuffer! GroenLinks stemt volledig in met de voorstellen die daarvoor worden gedaan. Niet voor niets hameren wij jaar in jaar uit op een gedegen financieel plaatje.  

Dat de vijf maatschappelijke opgaven – waarvan de havenfusie inmiddels is gerealiseerd – voor de komende jaren uitgebreid worden met nog 7 andere concrete opgaven biedt helderheid. En kansen! Het doet mijn fractie deugd te constateren dat steeds meer van onze ideeën breed draagvlak gaan genieten. Naast de kansen die deze 11 opgaven op zich al bieden, wil mijn fractie inzetten op dwarsverbindingen tussen deze terreinen. Die kunnen eveneens een bijdrage leveren aan de verdere opbloei van onze provincie. Niet alleen economisch gezien, maar ook ecologisch en voor het welbevinden van mens en dier. Dat vergroening, duurzaamheid en goede zorg daarin de rode draad zijn, zal u niet verbazen voorzitter. En dat wij daarom mede-indiener zijn van moties met deze strekking evenmin veronderstel ik. Ter verduidelijking een paar voorbeelden.

 

De ontwikkeling van de regionale economie vereist investeringen in de infrastructuur. Met name het spoor en water worden genoemd. In het kader van de leefbaarheid kan je daarop aansluiten met goed OV (bus, trein, ferry). De energietransitie vereist eveneens nieuwe transportsystemen. Voor waterstof bijvoorbeeld. Die transitie vormt een van de grootste mogelijkheden die Zeeland in zich heeft op vergroening en verduurzaming. In besparing (rond huizenbouw, isolatie), in efficiency (meermaals gebruik van materialen en energie) en in opwekking. Zet daarbij vooral ook in op minder gangbare opties. Bijvoorbeeld gas uit zeewier. Daartoe dien ik zo een motie in. Want die opgedane kennis kan je later delen.

De link met Campus Zeeland is dan snel gelegd. Wil je je met een Bèta Campus onderscheiden dan kan dat met o.a. energieproeftuinen. Op of in het water. En op het land. Ik sluit hier aan bij de bijdrage van de PvdA. De inrichting van het landelijk gebied, de landbouw en de natuur bieden aanknopingspunten om natuur en de verduurzaming van de landbouw in een te vlechten. Zoals het Partridgeproject op Schouwen-Duiveland aantoont. Schaalvergroting inleveren voor een meer natuur-inclusieve aanpak. Ten behoeve van de biodiversiteit. En zo voorzitter kan ik nog wel even doorgaan. Maar ik zal op de tijd letten. De echte algemene beschouwingen volgen nog.

Dat er meer mensen nodig zijn om al die nieuwe taken te realiseren begrijpt GroenLinks. Daarover geen vraag. Wel rond cultuur en erfgoed  

VRAAG: “Hoe zit het met de gevolgen van de cao voor het personeel van de SCEZ en het ZM? Zijn of worden die voldoende gecompenseerd? Dit omdat GroenLinks leest dat de voorziening hiervoor t.b.v. de provincieambtenaren verhoogd gaat worden.

Antwoord GS: we zijn en blijven in overleg en gaan er vanuit dat dit goed komt.

 

Tot slot voorzitter nog 2 kritische vragen en een paar constateringen.   

VRAAG: Eind 2017 gaf PS groenlicht aan het beheerkader infrastructuur. Voor dat onderhoud en die vervanging mocht  12,8 miljoen euro extra besteed worden in 10 jaar. Nu blijkt dat dit 15,9 miljoen euro moet worden. VRAAG: Kan GS uitleggen waar in zo’n korte tijd zo’n groot verschil vandaan komt? En de garantie afgeven dat dit niet nog verder oploopt?

Antwoord GS: verwijst naar toelichting en verwacht niet dat het nog meer wordt.

 

VRAAG: Bij de grondbank dient van het totaal beschikbare krediet minimaal 6 miljoen euro te resteren. Alleen op basis van een voorafgaande gemotiveerde brief van GS aan PS mag die worden aangetast. Maar wat als PS die motivatie ontoereikend vindt? Blijft die 6 miljoen dan in tact?

Antwoord GS: dat is heel simpel, u bent de baas. En dan blijft dus die 6 miljoen.

 

GroenLinks is blij met het oordeel van de accountant dat de jaarrekening voldoet naar getrouwheid en rechtmatigheid. En dat GS alle aanbevelingen overnemen. De fractie van GroenLinks schaart zich ook volledig achter hetgeen de auditcommissie aanbeveelt in de hoop/verwachting dat er het komend jaar rond de inkoop en subsidieverantwoording geen aandachtspunten meer resteren. Tot slot van deze eerste termijn dien ik mijn motie over zeewier in en meld ik dat de fractie van GroenLinks zich nadrukkelijk schaart als mede-indiener achter de motie over de marinierskazerne.

 

Een aantal partijen gaf aan moeite te hebben met het noemen van een bedrijfsnaam in een motie, dus waren wij gelijk bereid de motie op dat punt aan te passen. Want het gaat GroenLinks vooral om de intentie van en en! Dus geen prioriteit geven aan zeewier voor voedsel. Tegelijkertijd ook kijken wat hiermee mogelijk is in het kader van de energietransitie. GS gaf aan daar ook op in te zetten en inmiddels al nader in overleg te zijn hierover. Bovendien kondigde GS aan dat er in de zomer een rapportage verwacht wordt vanuit de HZ met de resultaten van mogelijke locaties voor zo’n proef in het Zeeuwse, aansluitend op kansen die OP-Zuid (= Europees Interregionaal programma) wellicht kan bieden richting Noordzee. Bovendien is het bedrijf aan zet om met een plan te komen. Daarop heb ik besloten – in overleg met mede-indiener D66 – de motie nu terug te trekken, maar dat we er in het najaar vast op terug zullen komen.