Het kabinet stelt op 11 juli 2014 het Deltaprogramma 2015 en de Rijksstructuurvisie voor Grevelingen en Volkerak-Zoommeer vast. Dit heeft grote invloed op de toekomst van Zeeland. De Stuurgroep Zuidwestelijke Delta (waarin de provincie vertegenwoordigd is) en verschillende maatschappelijke partijen hebben het streven naar een veilige, economisch vitale en ecologisch veerkrachtige Zuidwestelijke Delta onderschreven. GS stellen voor met instemming kennis te nemen van het standpunt van de provincie. Leen Harpe kwam met een motie en trok deze ook weer in (lees verderop):

Toelichting bij het Statenvoorstel:

GS onderschrijven de voorstellen, ambities en beslissingen en zien bij de voorkeursstrategie voor de individuele Deltawateren goede mogelijkheden om de waterveiligheid en zoetwatervoorziening te borgen en tegelijkertijd een economisch vitale en ecologische veerkrachtige Delta dichterbij te brengen.

Naast een forse investering van het Rijk wordt ook ingezet op een forse regionale bijdrage. Voor de provincie Zeeland betekent dit:

  • € 2,2 miljoen voor zoetwateraanvoer Tholen, Sint Philipsland enReigerbergsche Polder (2017);
  • € 0,28 miljoen voor proeftuin Zuidwestelijke Delta (2015)
  • € 1 miljoen voor project Roggenplaat (in 2018);

Voorstel van GS is om de dekking van € 2,48 miljoen te betrekken bij de Najaarsnota. De € 1 miljoen voor project Roggenplaat komt tlv gedecentraliseerde natuurgelden. Er is nog geen duidelijkheid over een eventuele provinciale bijdrage voor investeringen ten behoeve van verbetering van de kwaliteiten van de Grevelingen en Volkerak-Zoommeer.

Motie voorkeurstrategie Zuidwestelijke Delta

Provinciale Staten van Zeeland, in vergadering bijeen op 26 mei 2014;

gelezen het voorstel van het college van Gedeputeerde Staten nr. UITV-152;

gehoord de beraadslagingen in de commissie REW d.d. 16mei jl.;   

spreken uit dat:

•    Provinciale Staten grote waarde hechten aan een blijvende betrokkenheid bij dit onderwerp en regelmatig over de voortgang geïnformeerd wensen te worden;

verzoeken het college als mening van de Staten de volgende punten in te brengen in de stuurgroep:

Oosterschelde:

•    ten aanzien van de Oosterschelde(kering) ook rekening te houden met de aanbevelingen uit het rapport Veerman: Samen werken met water - Bevindingen van de Deltacommissie 2008;

Westerschelde:

•    uitgangspunt is de motie d.d. 15 juni 2007 waarbij een vierde verruiming van de Westerschelde door de Staten wordt uitgesloten;

•    zelfstandig onderzoek te doen naar de morfologie in de Westerschelde en dit vervolgens te delen met Vlaanderen; (dit punt werd tijdens de vergadering geschrapt)

•    kennis te nemen van het project Vlaamse Baaien en de ontwikkelingen daarvan met aandacht volgen.

Algemeen:

•    financiële verplichtingen van partijen vast te leggen in convenanten;



en gaan over tot de orde van de dag.

NB: Leen Harpe trekt de motie in vanwege informatie van de gedeputeerde dat op dit moment MIRT-onderzoek wordt uitgevoerd en dat financiële verplichtingen verplicht worden vastgelegd in het convenant. Wat betreft morfologisch onderzoek vindt gedeputeerde Schönknecht het juist goed om samen op te trekken.

............................................................................................................................................

In de media:

PZC: Zeeland zet deur open voor verzilting Grevelingen en Volkerak