Voor het onderlinge verkeer van mensen is goede bereikbaarheid – voor sociale contacten, essentiële zorgvoorzieningen en het genieten van cultuur en ontspanning - van levensbelang. GroenLinks wil zoveel mogelijk vormen van openbaar vervoer behouden, liefst met een algemene dienstregeling. Waar dat niet haalbaar is, moet een goed werkend aanbod van vervoer op maat en op afroep beschikbaar zijn. Inzet van vrijwilligers kan daarbij ondersteunend zijn.

Versterking van een goede treinverbinding naar bestemmingen buiten Zeeland is belangrijk, net als de terugkeer van de Intercity. Zeeland heeft veel te bieden als woonplek voor werkers in de Randstad; wij willen die aantrekkelijkheid uitbuiten. Ons pleidooi geldt ook voor de instandhouding van het fietsvoetveer Vlissingen-Breskens. Het zoeken naar creatieve vormen van (openbaar) vervoer over het water behoort wat GroenLinks betreft tot de mogelijkheden.

De verzorging van het openbaar vervoer is door het Rijk vergaand geprivatiseerd. De provincie is verantwoordelijk voor de (periodiek open te stellen) aanbesteding en dient aandacht te hebben voor bijzondere doelgroepen. Sturend optreden is gewenst; de provincie moet die rol met grote duidelijkheid oppakken. Vanwege de geringe bevolkingsdichtheid verdient het aanbeveling te zoeken naar effectieve en klantvriendelijke alternatieven voor de vaste lijnroutes.

GroenLinks vraagt dan ook aandacht voor een dekkend en klantvriendelijk systeem van verschillende, elkaar aanvullende vervoersdiensten, waaronder vervoer op maat en op afroep. Niet de positie van het ene bedrijf naast het andere, maar de behoefte van de burger dient het uitgangspunt te zijn. Wij pleiten voor inzet van materieel dat het milieu zo min mogelijk belast. En nogmaals: adequate verbindingen met gebieden buiten Zeeland (Rijnmond, Brabant, België) zijn van groot belang.