Zeeland heeft een bijzondere opdracht als het gaat over natuur. Het is een unieke plek waar zout en zoet samenkomen met de dynamiek van getijden. We hebben het geluk te leven in een dynamisch gebied: kust, estuariene gebieden, rijke bodems, een eldorado ook voor vogels, en dé pleisterplaats voor trekvogels op de route Siberië-Afrika en weer terug. Die functie is internationaal erkend en geborgd.
Bij GroenLinks is de zorg voor deze unieke natuur in goede handen. Dit draagt namelijk bij aan een aantrekkelijk en karakteristiek Zeeland. Goed beheer van de natuurgebieden, inzet en aandacht voor de Ecologische Hoofdstructuur en gericht beleid om de biodiversiteit te versterken, zijn kernpunten van het GroenLinks-beleid.
Van natuur en landschap moet je kunnen genieten: toegankelijk waar het kan, gesloten als het moet. En bij die opengestelde natuur en het mooie netwerk van fiets- en wandelpaden hebben we ook oog voor minder mobiele mensen. De aantrekkelijkheid wordt groter als er voldoende rust- en pleisterplaatsen zijn. Het besef dat natuur en landschap niet alleen kostenposten zijn, maar ook een belangrijke bijdrage leveren aan de Zeeuwse economie, is naar de mening van GroenLinks te gering. Natuurgebieden zijn belangrijke publiekstrekkers die bijdragen aan het economisch klimaat; Zeeland is immers meer dan alleen zee en strand.
Instandhouding van natuur is niet vanzelfsprekend. Hieraan moet hard worden gewerkt. Echter, de publieke financiering van de groene infrastructuur loopt steeds verder terug. Beheerders van natuurterreinen moeten de kans krijgen om voor deze terreinen verdienmodellen te ontwikkelen, terwijl ook andere sectoren en belanghebbenden worden betrokken bij het in stand houden van natuurgebieden. Wat GroenLinks betreft neemt de provincie het voortouw om alle partijen die belang hebben bij natuurbehoud bij elkaar te brengen, om zo een integrale visie op natuur te ontwikkelen. Motorsporten en andere lawaaisporten door de natuur horen daar niet bij. Voor GroenLinks zijn wandelen en fietsen belangrijk. Dit draagt bij aan het vergroten van de (sport)participatie, het versterken van de (vrijetijds-)economie, het beleven van natuur en het stimuleren van duurzame vormen van verplaatsing.